Partijen verenigd in de Green Deal Duurzaam Stortbeheer onderzoeken hoe zij de uitstoot van schadelijke stoffen en de kosten voor nazorg van stortplaatsen kunnen beperken.
Uit eerdere onderzoeken bleek dat gedoseerde toevoeging van lucht en water natuurlijke afbraakprocessen en vastlegging van stoffen bevordert. Om dat op grote schaal te testen zijn drie stortplaatsen aangewezen als pilotlocatie:
- Wieringermeer
- Braambergen
- De Kragge
Om het milieu te beschermen worden stortplaatsen nu water- en luchtdicht in gepakt. De IBC-maatregelen (isoleren, beheersen en controleren) voorkomen uitstoot van stoffen. Partijen willen echter aantonen dat het verontreinigingspotentieel van stortplaatsen minder wordt door het bevorderen van biologische afbraakprocessen. Stortplaatsen behouden een volledige afdichting aan de onder- en zijkanten, maar de bovenkant van het stortvak wordt tijdens de experimenten alleen voorzien van een afdeklaag om stank tegen te gaan. Door vervolgens met installaties water en/of lucht toe te voegen wordt het natuurlijke afbraakproces en de natuurlijke vastlegging gestimuleerd.
Onder in de stortplaats bevindt zich een drain waarmee de schadelijke stoffen worden afgevoerd. De Crisis- en herstelwet maakt deze experimenten juridisch mogelijk. Door de resultaten tien jaar te monitoren willen de partijen bewijzen dat het emissiepotentieel van stortplaatsen kan worden teruggebracht. Het uiteindelijke doel is om op basis van de onderzoeksgegevens te komen tot een wettelijke regeling waarin duurzaam stortbeheer verankerd is.
Doel
Het doel van de experimenten met duurzaam stortbeheer is het inzicht krijgen in de vermindering van het emissiepotentieel en een methode bepalen waarmee het emissiepotentieel betrouwbaar wordt vastgesteld.