De Green Deal The Green Village is afgerond. Marjan Kreijns, directeur van The Green Village, Lidewij van Trigt, projectmanager energietransitie, Robert van Roijen, projectmanager waterinnovatie en Jehan Daal, communicatieadviseur, blikken terug op zes jaar van deze Green Deal. The Green Village versnelt duurzame innovatie door samenwerking en kennisdeling tussen bedrijven, overheden, wetenschappers, studenten, en eindgebruikers te stimuleren. Op dit bewoonde en regelluwe fieldlab op TU Delft Campus worden innovaties ontwikkeld, getest en gedemonstreerd.
Wat was onmisbaar in deze Green Deal?
Marjan Kreijns “Het eerste begin is cruciaal geweest. We hebben veel te danken aan mensen die dachten vanuit mogelijkheden in plaats van beperkingen. Zo zei Melanie Schultz in haar rol als minister van Infrastructuur en Milieu: ‘Ik wil dat dit geregeld wordt,’ ook al zag niet iedereen direct de mogelijkheden. Je hebt mensen nodig die zich persoonlijk gecommitteerd voelen. Deze houding vonden wij ook bij de gemeente Delft, Hoogheemraadschap van Delfland en bij bedrijven. Dit bleek een rode lijn in het hele traject; we hadden genoeg mensen die steeds dachten: ‘Hoe kunnen dingen wél?’ Deze pioniershouding binnen departementen en gemeenten is cruciaal op de lange termijn.”
Wat is een belangrijk succes van The Green Village?
Van Roijen: “De regelluwe status. Het bouwbesluit staat uit waardoor innovators experimenten kunnen uitvoeren die ze buiten onze hekken niet mogen testen. Uiteraard is veiligheid een voorwaarde. Ook normering is voor ondernemers een knelpunt in het opschalen. Binnen deze Green Deal zijn we met ondernemers en de NEN aan tafel gaan zitten om te kijken hoe het ondernemers makkelijker gemaakt kan worden. De uitkomst van zo’n sessie is dat ondernemers normering in hun voordeel gebruiken, in plaats van het als een obstakel te zien.”
Wat is jullie het meest bijgebleven?
Kreijns: “Het belangrijkst is dat we aan iedereen die hier komt kunnen laten zien dat het hele palet van partijen betrokken is. Provincie Zuid-Holland, Gemeente Delft, Technische Universiteit Delft, The Green Village, Hoogheemraadschap Delfland, Alliander, Stedin, ENGIE Nederland en Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) zijn de partners van deze Green Deal. Samen nemen ze belemmeringen weg, zodat een innovatie uiteindelijk buiten onze hekken kan opschalen. De relaties die hierin ontstaan zijn een grote verdienste van deze Green Deal.”
Van Roijen: “Wederzijds inzicht. Door het samenkomen praten de partijen met elkaar, en niet over elkaar.” Kreijns licht toe: “Op The Green Village komen veel partijen langs voor een rondleiding en inhoudelijke sessies. Dit zijn onder andere gemeenten, ministeries, bedrijven en wetenschappers. Je brengt de ondernemer daardoor vroeg in contact met potentiële gebruikers. Door hun feedback en vragen komt de ondernemer vroeg in het innovatieproces met de potentiële klant in contact en kunnen ze nog terug naar de tekentafel om een ontwerp te maken dat beter aansluit. Dit leer je alleen door met elkaar te praten.”
Wat gebeurt er na afronding van de Green Deal?
Kreijns: “Ik hoop dat de relaties hetzelfde blijven”. Daal en Van Trigt: “De gemeenten en departementen kunnen ons helpen om regelluw te blijven. Zo kunnen hier ook in de toekomst innovaties getest worden.” Van Roijen: “Korte lijnen zijn belangrijk om drempels in wet- en regelgeving uit de weg te nemen. Uit deze grote samenwerking zijn meerdere kleine samenwerkingen ontstaan, ook een-op-een.” Kreijns: “Voor ons voelt het niet eindig. Wij hopen dat deze mensen zich nog steeds hard blijven maken voor ons fieldlab, ook nu de Green Deal officieel is afgelopen.”
Betrokken partijen
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Technische Universiteit Delft, Provincie Zuid-Holland, Gemeente Delft, Hoogheemraadschap van Delfland, NEN, The Green Village, Alliander, Stedin en ENGIE.
Meer weten?
Ga naar www.thegreenvillage.org